Editoriaal – n°2 – december 2004

Een goed jaar functioneren wij nu samen. Jawel, het ver- nieuwd Nationaal Comité, zoals we worden genoemd, werd op juni 2003 geïnstal- leerd met de bedoeling de uitstraling van de Vlaamse Wijngilde verder te garande- ren, zoniet te vergroten. We horen her en der dat er een nieuwe wind waait doorheen de Vlaamse Wijngilde. Van- uit een plotse bevlieging van nederigheid is dit uiteraard moeilijk te beoordelen van binnenuit, te meer uw dienaar niet kan vergelijken met de vroegere werking van het Nationaal Comité. Tenzij zoals bij velen van op afstand als lid van de Raad van Bestuur of Algemene Vergadering. In ieder geval vanuit de reflecties van de leden van de Raad van Bestuur voel ik een zekere tevredenheid, tot zelfs reacties dat de initiatieven en dito brievenstroom van het Nationaal Comité amper nog te volgen zijn. Ik kan niet ontkennen dat het lidmaatschap bij de Vlaamse Wijn- gilde inhoudelijk aan belang toeneemt. En ik vrees dat dit in de toekomst zeker niet zal veranderen, integendeel.

Terwijl de lokale Commanderijen de echte bouwstenen zijn van het degustatief wijngebeuren in Vlaanderen, vormt de vzw Vlaamse Wijngilde een stevige structuur. Zij zorgt voor de noodzakelijke kennistheoretische impulsen en biedt een globaal kader waarin iedere Vlaamse wijnliefhebber zich normaliter kan terug vinden. Geen evidente opdracht, zeker wanneer je de grote diversiteit tussen de commanderijen bekijkt. Ik heb mij trouwens altijd afgevraagd hoe het mogelijk is om een allegaartje van wijnproevers en -drinkers bij elkaar te houden, goed wetende dat het steeds balanceren is tussen kunde en plezier. Ik zit mij trouwens af te vragen bij het schrijven van dit editoriaal hoe het mogelijk is dat ik in dit complexe kluwen van erudiete wijnfreaks, wijnliefhebbende ambiancemakers, encyclopedische vinofielen of andere goedmenende wijnliefhebbers ben getuimeld. Ik denk dat er maar één antwoord is: wijn maakt vrienden en vriendschap vraagt goede wijn.

Vanuit dit perspectief kijk ik ook naar het succes van mijn commanderijwerking en zeker naar mijn ervaring van één jaar Nationaal Comité van de Vlaamse Wijngilde. Wanneer zeven voor elkaar vreemde mensen een missie krijgen om de Vlaamse Wijngilde te leiden, dan heeft de voorzitter niet alleen een moeilijke opdracht om deze zeven karakters met elkaar in harmonie te brengen, maar ook om een symbiose te bewerkstelligen tussen deze zeven persoonlijkheden, die uiteindelijk moet resulteren in een fundamentele meerwaarde voor de Vlaamse Wijngilde. Zeker wanneer alles is gebaseerd op vrijwilligheid, vormt ook hier één toverwoord dat het cement uitmaakt van het succes van de huidige ploeg: vriendschap.

Ik kan niet ontkennen dat mijn verkiezing tot het Nationaal Comité van mij uit eerder aarzelend is verlopen, terwijl ik vandaag mag concluderen een nieuwe vriendengroep te hebben bij gekregen. De speelse & verzoenende deskundigheid van de nationale voor- zitter, de warme zakelijkheid van de nationale wijnmeester, de ambitieuze frivoliteit van de nationale secretaris, de explosieve gedrevenheid van mijn collega-ondervoorzit- ter, de bezorgde charme van onze nationale penningmeester, de traditionele sereniteit van de pr-verantwoordelijke en mijzelf hebben inderdaad een plezante dynamiek veroorzaakt in het Nationaal Comité.

In deze optiek is het natuurlijk leuk werken en motiverend om met Ken Wijn-magazine steeds ambitieuzer uit te pakken. Ik hoop dat dit goed gevoel ook bestaat bij onze Commanderijen en bij de talrijke lezers van Ken Wijn-magazine. In ieder geval heb ik opnieuw een zeer aangename ervaring mogen meemaken bij de redactie van editie nummer twee, waarbij de medewerking van de commanderijen opnieuw aanzienlijk was. Het is alsof de Vlaamse Wijngilde één grote vriendengroep is geworden.